29 dec Mijn rolmodellen
De heilzame werking van schrijven: ik schrijf van me af en daarmee schijf ik juist naar me toe.
In het jaar 1995 sloot ik mijn studie Algemene Letteren af. Ik had zes jaar gestudeerd en na het in ontvangst nemen van mijn bul, beving me een lichte paniek. Wat nu? Was ik maar banketbakker geworden, verzuchte ik, een echt vak. Een Neerlandicus, wie zit daar nu op te wachten?
Ik had een bijbaan bij De Nieuwe Kerk, die ik wel iets kon uitbreiden, maar of dat genoeg was om van rond te komen, daar had ik geen idee van. Dus ging ik naar de Sociale Dienst, voor een uitkering. Ik voelde me verloren. Moest ik naast de telefoon blijven zitten, wachtend tot iemand me nodig had? Met 25 jaren achter me die ik geleefd had zoals ze over me heen kwamen en eindeloos veel tijd voor me uitgestrekt die me geen enkel houvast gaf, bevond ik me, weet ik nu, in de liminale fase: wat was is weg, wat komt is nog niet in zicht.
Mijn redding kwam inderdaad via de telefoon. De stagebegeleider van de VU belde. Ze had misschien een tijdelijke baan voor me. Bij Albert Heijn Opleidingen. Ik toog naar Zaandam en werd onderdeel van het project Herziening interne opleidingen. Een paar dagen later zat ik in een leeg kantoor, achter een computer in een gebouw vol mensen die elkaar als familie zagen. Een familie waar ik niet bij hoorde. De dame die ik had gesproken werkte bij Ahold en was heel af en toe aanwezig. Ik voelde me een totale nietsnut en had geen flauw idee wat er van me werd verwacht.
Tot Annemarie binnenstapte, een struise, blonde, licht ordinair geklede vrouw met een stem als een verkouden walrus. Ze was de nieuwe projectleider en zag meteen hoe verloren ik me voelde. ‘We gaan ervoor zorgen dat jij hier straks weggaat met referenties en ervaringen waarmee jij in je leven verder kan’, zei ze. ‘Alles van jouw hand, daar zet je je naam onder, want voor je het weet loopt iemand anders ermee weg.’
Annemarie was totaal anders dan andere mensen die ik kende. Ze was grof en lomp, maar tegelijkertijd zeer empathisch en zorgzaam. Ze had visie en was doelgericht terwijl ze ook soms de plank volledig missloeg of te hoog van de toren blies. We spraken af dat in overleggen met AH waarbij zij het woord deed, ik haar stiekem schopte als ze iets stoms zei. Dan nam ik het over met het kloppende verhaal. Er kwamen nog twee projectgroepsleden bij. Ook twee jonge meiden, net afgestudeerd. Annemarie hield ons uit de wind en gaf ons het vertrouwen en de vrijheid om ons werk te doen.
Zelfmanagement, Verandermanagement, Feedback geven, een greep uit de trainingen die we voor de AH-managers maakten. Ik leerde niet alleen van het ontwikkelen en schrijven, maar ook van de inhoud. Toen het project was afgerond, nam Annemarie ruim de tijd voor mijn persoonlijke ontwikkeling. Ze schreef een referentie voor me, we legden mijn kernkwadranten, ze gaf me feedback en tips mee om me staande te houden in volgende banen.
Heel af en toe heb ik haar daarna nog gezien. Ze belde me toen ze eens in de buurt was voor een kopje koffie. Ik benaderde haar toen ik later bij de UvA werkte waar van alles misging op de afdeling, in de hoop dat zij een rol kon spelen in het oplossen van de problemen. Samen met een collega spraken we elkaar in een café in Amsterdam. Toen we de hele kwestie op de UvA aan haar hadden uitgelegd keek ze ons aan en zei: ‘Zijn jullie niet veel te leuk om hier te blijven werken?’ Die zin heeft nog vaak nagegalmd in mijn hoofd. Met rookstem en al.
Na de ontbinding van de projectgroep deed ik nog een paar kleine opdrachten bij AH en daarna moest ik weer op zoek naar iets anders. Door het aantrekken van de economie dat jaar, kon ik kiezen uit verschillende banen. Ik koos verkeerd en dat leverde me een hernia op.
Toen ik na de operatie en het herstel op ons dakterras in Amsterdam weer rond ging kijken, las ik een piepkleine 3-in-1-mini advertentie voor een Cursuscoördinator Contractonderwijs bij de UvA. Ik had geen idee wat dat was, maar besloot te gaan solliciteren. Tegenover me zaten De Directeur en Sandra. De zelfgenoemde Directeur was eigenlijk de leidinggevende van afdeling Contractonderwijs bij de Faculteit der Geesteswetenschappen. Sandra was de secretaresse. Toen ik naar buiten liep wist ik dat ik het met De Directeur niet lang zou uithouden, maar met Sandra had ik meteen een klik. Dus besloot ik dat ik niet veel te verliezen had en dat ik flink zou inzetten met de looneisen. Tot mijn verbazing kreeg ik de baan.
Sandra vertelde me dat ze het zo leuk vond dat ik aan het einde van het sollicitatiegesprek had gevraagd wat zij van het gesprek vonden. De Directeur had een moment van ongemak. Ze stotterde iets. Sandra zei dat ze het wel zag zitten met mij.
We hadden twee geschakelde kamers, in een zat De Directeur in de andere zaten Sandra en ik. We hadden het geweldig naar ons zin samen. Zoals verwacht was mijn relatie met De Directeur niet optimaal. Ik had last van haar gebiedende toon, haar hiërarchische manier van leidinggeven, haar praatjes over haar ambities om meer geld te willen verdienen dan haar man. Vlak voordat ik er echt genoeg van had, waren haar ambities oorzaak van haar vertrek: binnen een jaar vond ze een baan die haar dichter bij haar competitie-ideaal brachten. Ik knutselde een gezellig afscheidscadeau voor haar in elkaar en we zwaaiden haar vriendelijk uit.
In het directiekamertje kwam Letje te zitten. Of te liggen. Dat deed ze ook vaak als ze het nodig had. Ik hield direct van Letje. Ze was eigenaardig, hiërarchieloos, oprecht, levendig, zeer autonoom, wijs en ontzettend lief. In tegenstelling tot De Directeur gaf Letje me, net als Annemarie, alle vertrouwen en ruimte om dingen op mijn eigen manier te doen. Wanneer we onder vuur lagen of iets nodig hadden vocht ze als een leeuw voor ons. Na het weekend vertelde ze van haar avonturen in het uitgaansleven. We hebben zo veel lol gehad samen! Ze was chaotisch en haar kantoortje was een zwijnenstal, ze leefde me voor dat ik mezelf mocht zijn.
In die periode dat ik bij de UvA werkte verhuisde ik naar Oosterbeek, kreeg ik vijf miskramen, twee kinderen en een psychose. Sandra en Letje waren er voor me. Sandra en ik begonnen de werkdag altijd vroeg en op de dagen dat zij er was, namen we eerst uitgebreid het leven door. Ze kon luisteren als geen ander en haar liefdevolle relativerende reacties komen ook nu regelmatig bij me terug. Toen ik haar vertelde over mijn oudste, die ik na een middagslaapje geregeld in bed vond met haar luier naast haar en haar handen, bed en muur vol poep, zei ze: ‘Als ze 18 is doet ze dat echt niet meer’.
Sandra was zielsgelukkig met Henk. Ze waren onafscheidelijk. Hij een zeer verstandige realist en levensgenieter. Zij een ruimdenkende, wat opvliegerige paniekvogel en levensgenieter. Als ze terugkwam van vakantie vertelde ze haar reisverhalen aan de hand van de plekken waar ze zo heerlijk hadden gegeten. Geen kinderen, wel veel vrienden en familie met kinderen, die graag, tot ver over puberteit nog, bij hen over de vloer kwamen of kwamen logeren. Sandra leerde me relativeren, ze was er altijd voor me.
Letje, ook kinderrijk zonder eigen kinderen, was dol op kleine kinderen en zij kwamen als op een magneet op haar af. Ook mijn oudste was meteen dol op haar. Toen we eens met z’n drieën een wandeling in Oosterbeek maakten en Letje midden op het pad haar lange rok omhoogtrok en hurkte om te gaan plassen, had mijn tweejarige kind het daar nog maanden over. ‘Letje moest plassen’. Dankzij Letje groeide ik steeds meer uit mijn functie van coördinator naar ontwikkelaar en programmamaker. Zij zorgde ervoor dat ik de functietitels kreeg die daarbij hoorden en dat ik ruimte kreeg mooie collegereeksen, bijeenkomsten, debatten samen te stellen, gebruikmakend van al die kennis en wetenschappers binnen maar ook buiten de faculteit.
De samenstelling van het team veranderde, ik kreeg andere heel fijne collega’s, Letje ging naar internationalisering, Sandra verliet vanuit voorzienigheid het zinkende schip al voordat de storm in zicht was en uiteindelijk, na een reorganisatie liep het voor mij dramatisch af bij de UvA.
Het waren Sandra en Henk die me tijdens de finale bij de UvA bijstonden. Henk als vertegenwoordiger tijdens de onderhandelingen, Sandra vanuit haar sterke rechtvaardigheidsgevoel en loyaliteit. En met eten.
Ik nam afstand van de UvA en startte met opleidingen en het opzetten van mijn eigen bedrijf. Een nieuwe fase in mijn leven waarin ik mijn eigen kracht en wijsheid ontdekte, waarvan de kiem was gelegd in de wijsheid van die drie rolmodellen. Annemarie, Sandra en Letje. Ze waren zo belangrijk in mijn leven. Wie was ik geweest zonder hen? Ze leefden me voor dat je mag zijn wie je bent, dat schoonheid niet zit in het mooier maken, maar in de eigenheid. Ze waren mijn oermoeders. Oudere authentieke wijze vrouwen met een groot hart voor anderen en een talent voor het leven.
In 2023/2024 deed ik bij Square of Life de opleiding Feminien Leiderschap van Susanne Kruys. Met vijf andere vrouwen vormden we een sjamanistische cirkel. Susanne loodste ons autobiografisch door de levensfases van kind naar wijze vrouw, betekenis zoekend en -gevend met hulp van rituelen en delen. In de laatste bijeenkomst werd ons gevraagd een verklaring te schrijven en voor te lezen.
Annemarie was ik toen al jaren kwijt. Ze leek van de radar verdwenen. Hoe ik ook zocht, ik vond haar niet en ook sporen die naar haar konden leiden, leken uitgewist. Nog steeds voel ik spijt dat ik haar nooit heel letterlijk heb gezegd wat ze voor mij heeft betekend. Ook al heb ik dat natuurlijk wel verteld. Tussen de regels door.
Letje was toen al een jaar dood. Gelukkig heb ik goed afscheid van haar kunnen nemen. Ze bleef tot het einde toe dapper, wijs en eigen. Getroffen door het lot en daar toch vanuit eigen regie een glorieus en gracieus einde aan breien, nog steeds taboedoorbrekend en heel open.
Sandra genoot op dat moment volop van haar pensioen, samen met Henk. Ze deed vrijwilligerswerk, ze reisden veel samen, naar haar geboorteland Italië bijvoorbeeld, waar ze heerlijk aten, wandelden. Tot een paar weken geleden.
Toen ik Sandra vlak voor Kerst op haar verjaardag een appje stuurde waarin ik haar nog veeeeeele jaren in gezondheid met Henk wenste, kreeg ik geen antwoord. Ik voelde onrust, maar ging om mezelf gerust te stellen uit van een nieuw telefoonnummer. Na onze vakantie in Noorwegen zou ik Henk wel bellen. Ze bleef de hele week in mijn gedachten. De app werd niet gelezen, niet gezien zelfs. Toen ik terug in Nederland de envelop met grijs kader op tafel zag liggen, wist ik het. Die is van Sandra. Toen ik de kaart opensloeg, zag ik door mijn tranen niet eens meteen dat niet alleen Sandra maar ook Henk op de kaart stond. Er was een brief. Ze waren eruit gestapt. Om nare operaties en lijden te voorkomen. Zoveel moed hebben en zoveel liefde voor elkaar dat je er tegelijk uitstapt omdat het leven zo goed voor je is geweest. In mij vindt al dagen een gevecht plaats tussen acceptatie en berusting vanuit hun autonome en prachtige beslissing en het verdriet om het ontnomen afscheid. Wie maakt het voor mij dan rond?
Dat moet ik zelf doen.
Verklaring Feminien Leiderschap 3 februari 2024
Ik, Annemieke van Manen, dochter van mijn biologische moeder Henny, maar ook van Annemarie, van Sandra en van Letje…, zus van Edith en Gerdien, maar ook van Janny, Anke, Mieke, Sandra, Ieke, Marieke….., moeder van Robin en Lena én van Isabel, Lotte, Noah….., ik sta er middenin.
Ik ga op zoek naar de magie die ik heb ervaren toen ik even op de plek was waar waanzin en genialiteit samenkomen, in de gelaagdheid die ik ervaar tussen diepgang en lichtheid. Geleid door mijn persoonlijke waarden en vanuit intuïtie en creativiteit.
Ik laat de negativiteit die ik kende vanuit het masculiene achter me en vertrek vanuit de kracht van de wijze vrouwen die me omringen. Op de schouders van hen die me voorgingen, zij aan zij met hen die naast me staan en voorlevend aan hen die ik nog ga ontmoeten. Om steeds dichter te komen bij wat er altijd al inzat: via konijnenpaadjes in een roeiboot, met zicht op wat er al is, naar het oneindig voorleven en doorgeven.
Zodat het niet voor niets was.
Geen reactie's