LL

LL

Na het lezen van het boek Diagnosedrift was ik weer aan het twijfelen geslagen. Klopt de diagnose Asperger bij mijn dochter Madelief wel? Is het geen misdiagnose, zoals vaker voorkomt bij hoogbegaafde kinderen? Kind voelt zich onbegrepen op school. Sluit qua gedachtewereld niet aan bij klasgenootjes. Gaat zich steeds meer terugtrekken in zichzelf. Vertoont gedrag dat lijkt op Autisme Spectrum Stoornis (ASS). In de kerstvakantie ruim ik mijn computer op. Ik bekijk filmpjes die we maakten toen ze peuter was en denk bevestiging te zien van mijn twijfels. Wat een open kind. Heerlijk spelend met haar zusje. Maar als ik het verslag van de psychiater herlees, zie ik toch ook die typische Aspergerkenmerken: het zich verliezen in details, geen zicht op grote lijnen…

Het kenniscollege waarvoor ik me heb opgegeven heet HB en ASS. Volgens de positieve psychologie doorlopen kinderen met ASS dezelfde ontwikkelfases als kinderen zonder die diagnose, maar vinden die fases later in het leven plaats. Cognitieve vaardigheden bijvoorbeeld worden niet aangeleerd in de kindertijd, maar pas in de fase erna. En zelfstandigheid leren ze pas als ze volwassenen zijn in plaats van de fase daarvoor. Madelief is als 9-jarige naar de middelbare school gegaan. De stof kon ze gemakkelijk volgen. Dat lukt haar nog steeds wel, maar nu, in de bovenbouw, heeft ze niet meer genoeg aan luisteren en lezen. Ze moet ook oefenen, sommen maken, onthouden, werkstukken in elkaar zetten. Maar de vaardigheden die ze daarvoor nodig heeft, namelijk de executieve functies, heeft ze nog niet voldoende ontwikkeld. Dat kan ook niet, zegt de positieve psychologie, want ze is pas 15.

Maureen, de docent van het kenniscollege stelt het als volgt voor: je staat op een ladder en ziet precies waar je naartoe wilt, maar je kunt dat punt niet bereiken omdat je tegengehouden wordt door iets dat aan je benen trekt. Madelief herkent alles wat ik vertel over het college en vooral in de metafoor kan ze zich goed vinden. We vragen het onmogelijke van kinderen zoals zij. Vooral in een wereld die altijd maar vooruit wil. Ouders, scholen, deskundigen, we zoeken het vaak in oplossingen als trainen van de executieve functies. Ik begrijp na dit college dat het gevaar daarvan is dat het trainen te vroeg komt. De hersenen zijn er nog niet klaar voor. Bovendien geef je met trainen ook ongewild een boodschap aan het kind: je kunt het niet, je bent anders, je bent niet goed genoeg.

Daarom heb ik een nieuwe methode ontwikkeld: Lekker Laten (LL). Gewoon, wachten tot de tijd er rijp voor is. Het kind accepteren zoals het is in plaats van ‘passend maken’. Thuis lukt dat vaak wel, maar op school is dat lastiger. Er is een soort onderwijs voor nodig dat de ontwikkeling van het kind volgt en buiten de randen van de school naar passend onderwijs zoekt. Een kind in de spagaat van zijn eigen ontwikkeling kan bijvoorbeeld zelfstandig colleges op universitair niveau volgen en daarnaast veel tijd besteden aan vriendschappen en het begrijpen van die schijnbare tegenstelling in zichzelf. De LL-methode gaat hand in hand met vertrouwen. Laat deze laatbloeiers nog wat langer in de knop. Geef ze veel water en aandacht, zodat ze over een tijdje uitbundig kunnen bloeien.

Madelief, hou vol, jouw tijd komt nog!

Geen reactie's

Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.